Het Opensource GIS dilemma
Denk niet dat ik uit de school klap, maar het was gisterochtend een onderwerp tijdens een overleg van HBO Geo docenten van de verschillende instituten. Dit overleg wordt door SAGEO georganiseerd; mij verbaasde eigenlijk dat het nog niet bestond. Altijd goed dat er meer samenwerking wordt gezocht en gevonden. Op het programma stond o.a. een “visie voor OpenSource GIS in het Onderwijs”. Ik stel me dan zo voor dat je eerst een algemene visie op GIS in het onderwijs moet hebben, en die was er ook.
Tijdens het (goede) gesprek kreeg ik af en toe het gevoel van “een visie op desktop GIS” of “een visie op internet GIS” van wat jaren geleden. Niets nieuws onder de zon dus, en open source is ook al zo oud als .. (toen ik stage liep -1985?- heb ik met GRASS gewerkt).
Het dilemma: een opleiding moet (m.i.) een student een berg kennis meegeven en tot kritisch denkerschap stimuleren (ook op het HBO). Deze kennis moet enigszins een relatie hebben met de praktijk. Daarom zijn er lessen opgezet rondom standaard software (yep, ArcGIS). Docenten kunnen niet kennis opdoen (en bijhouden) van meerdere software omgevingen, plus werkgevers waarderen de kennis van zo’n standaard pakket zeker. (note: tijdens een wandeling door het mooie Larenstein park werd een landmeetkunde toets afgenomen; ook maar met één instrument).
Aan de andere kant: helemaal geen aandacht (uit domein of ict) voor nieuwe ontwikkelingen, waarin OpenSource een plaats heeft, is wel apart. Het is gewoon een ander businessmodel (verdienmodel vind ik een slechter woord; er valt niet altijd wat te verdienen) voor de productie van software. Hoe het model in elkaar zit en waarom het (soms) tot succes kan leiden mag best in de bagage van de studenten, die de opleiding verlaten. En de kennis dat er meer dan één instrument bestaat, is ook relevant. Andere onderwerpen die ik in dat rijtje zou zetten: Open Innovatie (…), Creative Commons, überhaupt: hoe komt innovatie tot stand. Wat is het verschil tussen inventie en innovatie, etc, etc.
Volgens mij is dit geen nieuw dilemma voor het onderwijs (of voor andere organisaties): aandacht voor het nieuwe en het bestaande, in balans. Ik wens de heren veel wijsheid bij de volgende stappen. Uiteraard lever ik graag een bijdrage om de onderwerpen eens uiteen te zetten, voor staf en studenten.
Genoeg internet nu, tijd voor een boek (web 0.0 heet dat tegenwoordig). Morgen een open data dag in Eindhoven. Wie zei ook weer, zonder Open geen GIS?
dit was mij reactie op LinkedIn http://lnkd.in/p5pRJQ ; niets gaat boven mijn eigen xml…
—
Milo, dank voor je reactie, maar ik zie geen relatie tussen mijn blogpost en die van Steve Coast en jouw reactie aldaar. De kern van mijn blogpost: hoe ga je binnen het onderwijs (of welke organisatie dan ook) om met bestaande middelen (software) en met nieuwe. En hoe vind je daarin een goede balans?
Jouw beschrijving van Open source komt voor mij meer overeen met “Free source”. Ik volg hier de beschrijving van Lessig in zijn Future of Ideas (in mijn woorden): de open code beweging is te verdelen in een free source en een open source deel. Free Source (GPL voor de intimi, http://www.fsf.org/about) gaat er vanuit dat er geen eigendom mag zijn van software code. Afgeleid werk (nieuwe software of basis van bestaande software met GPL licentie) moet ook free zijn. Open Source heeft deze “beperking” niet (zie http://www.opensource.org/). OpenSource heeft zo minder vrijheid dan Free source.
Je gebruikt zelf al het woord religie; naar mijn ervaring is discussieren over geloofsuitingen vaak lastig, zeker als dat digitaal gebeurd. Ik vraag me vooral af waar en wanneer welke modellen werken, en wanneer niet. Zouden er wel “apple producten, windows, xbox, playstation of nintendo”of ueberhaupt games bestaan als alles van iedereen is? Of wat dichterbij huis: zouden Twitter en Linkedin (de communicatie middelen die jij ook gebruikt; redelijk open technologien, maar geen open source) wel bestaan, als alles van iedereen is?
Voor de duidelijkheid: (F)OSS is niet weg te denken uit de huidige en toekomstige ontwikkelingen. Studenten moeten m.i. deze ontwikkelingen kunnen plaatsen. Ik heb voorgesteld om vooral open te blijven staan voor gastlessen en dat ik, en anderen, daaraan graag een bijdrage lever. Ik weet vanuit de Beroepenveldcommissie van de HU dat deze gastlessen daar regelmatig organiseerd worden (de HU was verhinderd voor deze meeting). Daarnaast hebben studenten ook stages en (reclame) tijdens het GIN Congres zullen we weer aandacht aan open source geven.
Je teleurstelling over “geen open source” deskundigen is niet terecht. Ik meen dat er genoeg deskundigheid om de tafel zat, maar zal hen allen een berichtje sturen en wijzen op deze blogpost en je reactie. Spreek je!
LOL … dus je wilt zeggen (je zegt het ook) dat door gebruik van free source er geen producten op de markt zouden zijn verschenen, zoals wij die nu kennen? Je kan het ook zo stellen, misschien waren we dan wel veel verder geweest met met technologien.
De huidige modellen (die jou voornamelijk aanspreken) hebben maar een doel, in zo kort mogelijke tijd willen aandeelhouders veel geld verdienen. Niks meer en niks minder. Ik denk dat de free source gedachten is dat iedereen op deze planeet gebruik kan maken van alle bestaande free source technologien. Dus iemand in bijv. Soedan kan hetzelfde gebruiken als iemand in Indonesie of Nederland. Geen beperkingen …
Een leuk voorbeeld van waar het bij niet freesource technieken om draait is misschien deze link: http://linuxnogschoner.blogspot.com/2011/06/e-book-kopen-is-een-heel-wat-slechtere.html
Dus deskundigen uit de free source wereld zijn zeer aan te raden :)
Noop, dat is niet wat ik “zeg”. Ik vraag me gewoon af wanneer welk model wel/niet werkt. Ik geef geen antwoord, stel alleen vragen (en heb het antwoord ook niet; is meestal zo als ik vragen stel).
Ik heb geen voorkeur voor “huidige modellen” (wat dat ook moge zijn). Al helemaal geen voorkeur voor bedrijfsmodellen die aandeelhouders op korte termijn zoveel mogelijk geld laten verdienen. Ik ben een sterk voorstander van lange termijn en continuïteit en ‘faire’ compensaties. Ik begrijp dat dat laatste een rekbaar begrip is, maar compensatie is volgens mij nodig om die lange termijn mogelijk te maken.
Wat je schrijft over free source klopt (m.i.), maar daarnaast moet je ook alle eigen code weer beschikbaar stellen aan iedereen. Open source heeft dat niet, daar kan je andere licenties bij bedenken (bv dat je een stukje code wel voor jezelf mag houden, omdat je daarmee wat wilt verdienen). Mijn vraag is dan wat “geen enkele beperking” voor effect heeft voor technologische innovatie (free source) t.o.v. van enige beperking (open source) t.o.v. veel beperkingen, maar ook open api’s (closed source).
Stallman’s (alle complimenten voor zijn werk, ken hem sinds emacs…) artikel raakt dezelfde snaar: in hoeverre heb wij rechten als we een (e)boek kopen? Wat mag je er dan wel/niet mee? Mag je het kopiëren en zelf verkopen? Verdienen de auteurs dan nog wat? Als wat auteurs schrijven meteen van iedereen is, schrijven ze dan nog wel boeken? Hoe kunnen we zorgen dat auteurs (en uitgevers) een faire compensatie krijgen? Etc. Ik heb daar wel een mening over, kom ik op terug. De boeken/artikelen van Lessig vind ik zeer interessant.
Dan een vraag voor een deskundige* uit de free source wereld: de ondertekening van Stallman’s artikel is volgens mij een knipoog: Copyright 2011 Richard Stallman, Released under Creative Commons Attribution Noderivs 3.0. Volgens mij volgt op het geschrevene automatisch het auteursrecht (in Nederland..). Deze zinnen/woorden om mijn blog zijn zo ‘van mij’. Echter, Stallman claimt ze nog eens extra, door Copyright te vermelden (is eigenlijk overbodig). Daarnaast heeft hij het CC Attrib, non deriv (dus altijd zijn naam vermelden) en non deriv (geen afgeleid werk: dat is een redelijk beperkende licentie. Je mag er wel naar verwijzen, maar er niet op bouwen. Knipoog of niet?
Op mijn blog gebruik ik CC Naamsvermelding, Niet commercieel: mijn naam als bron vermelden en mijn blog niet voor commerciële doelen gebruiken (bv in een betaald blad/boek opnemen). Maar ook mag je altijd voor uitzonderingen vragen…
Deskundige* is echt zo’n titel die anderen je gunnen, kom ook nog eens op terug.