‘Geo-informatie is vaste prik bij grote onderwijsinstituten’
- Origineel op https://degeograaf.com/2020/02/21/jan-willem-van-eck-esri-nederland/
Elke geograaf heeft er tijdens zijn studie weleens mee gewerkt: de software van Esri, een gigant op het gebied van geografische informatiesystemen (GIS) en cartografie. Jan Willem van Eck werkt voor de Nederlandse vertegenwoordiger van het bedrijf als research officer. In dit interview vertelt hij over zijn werk, de relatie tussen GIS, onderzoek en het onderwijs, en gaat hij in op de kansen voor het gebruik van geodata in de toekomst.
Research officer bij Esri, wat houdt dat in?
Als research officer ben ik voornamelijk betrokken bij de samenwerkingen die Esri onderhoudt met het onderwijs en onderzoek. Maar in mijn functie is geen dag hetzelfde, dus wellicht kan ik die vraag beter beantwoorden aan de hand van een aantal voorbeelden. Afgelopen week ben ik bijvoorbeeld naar de VU Onderwijsdag geweest. Dat is een bijeenkomst waar wordt besproken hoe de toekomst van het onderwijs eruitziet, hoe het onderwijs efficiënter kan worden ingericht en hoe je studeren aantrekkelijker kunt maken. En er werden allerlei workshops gegeven over welke tools je daarvoor kunt inzetten. Zelf sprak ik in de pauze met collega’s over het UNIGIS-programma, waarvoor ik binnenkort de eerste module, Database Theory, zal verzorgen. Bij Esri in Rotterdam heb ik samen met mededocenten van het Esri GIS Professional Programma de laatste module (Society) afgerond.
Wat is het UNIGIS-programma?
Dat is een masterprogramma in deeltijd over het gebruik van geografische informatiesystemen, voortgekomen uit een wereldwijd samenwerkingsverband tussen een aantal internationale universiteiten. Die opleiding kun je onder andere volgen aan de Vrije Universiteit, maar ook aan de Universiteit van Salzburg en Girona. We hebben ook gesproken over mogelijke veranderingen in het studieprogramma, die vanaf het studiejaar zullen worden ingevoerd.
Heb je nog meer voorbeelden?
Zeker! Ik ben bij een onderzoeksinstituut geweest waar we hebben gesproken over het opzetten van een onderzoek, waarbij Esri zou kunnen ondersteunen op het gebied van demografie en geodata. Een ander voorbeeld is een opdracht voor studenten van de Jheronimus Academy of Data Science (JADS) in Den Bosch, waarbij we studenten willen stimuleren om te kijken naar de toepassingen van geographic information vanuit datascience. Naast mijn werk bij Esri heb ik een aanstelling aan de Aeres Hogeschool Almere, waar ik o.a. de minor Future Urban Regions heb ontwikkeld en deze ook deels geef.
Je werk is behoorlijk veelomvattend. Wat is de gemene deler in al de verschillende projecten waarbij je bent betrokken?
Er is altijd een relatie tussen geografie, technology, onderwijs en onderzoek. We proberen bij Esri onderzoek te ondersteunen en onderwijsvernieuwing te stimuleren. In mijn rol hoop ik, in samenwerking met docenten en onderzoekers, een kritische meedenker te kunnen zijn.
Waarom is die relatie voor Esri zo belangrijk?
De link tussen Esri en het onderwijs is van oudsher heel sterk geweest en vervolgens altijd gekoesterd. We hebben allemaal onderwijs kunnen volgen en via onze projecten hopen wij iets terug te kunnen doen door het onderwijs en onderzoek te ondersteunen met onze software waar we kunnen. Tegelijkertijd biedt het onderwijs ons de kans ongezouten feedback te kunnen ontvangen op onze producten en diensten. Leerlingen en studenten zijn rechtdoorzee en zeggen waar het op staat. Wat werkt goed en waar is verbetering mogelijk, welke tools zijn gaaf en welke niet. Bovendien vormen onderwijs en onderzoek een bron van vernieuwing voor een organisatie als Esri en alle klanten en partners die daaromheen zweven. En we willen graag de geoprofessional van de toekomst opleiden.
Dat lijkt meer weg te hebben van liefdadigheid dan een commercieel businessmodel.
Goed punt. Voor mijn functie zou je daar inderdaad de kritische vraag bij kunnen stellen: wat wil Esri hiervoor terug? Een organisatie ontwikkelt nu eenmaal activiteiten die in het belang staan van diezelfde organisatie. Iets teruggeven aan de maatschappij speelt zeker een rol. En dat er steeds meer professionals zijn die actief met GIS aan de slag kunnen gaan evengoed. Aan de andere kant: doordat we een grote klantenkring hebben ontstaat er ruimte om zulke activiteiten te ontplooien. Aan middelbare scholen doneren we bijvoorbeeld het complete softwareplatform.
En wat hoopt Esri daarmee te bereiken?
In het geval van de middelbare scholen: leerlingen enthousiast maken over geografie en geo-informatie. Ik vind het ontzettend leuk als ik tijdens een KNAG Onderwijsdag aan docenten over Esri en het gebruik van GIS mag vertellen en zo de leerlingen kan stimuleren om geografischer te gaan denken.
Dus je bent ook een promotor van geografie?
Ja, absoluut. Als we de aandacht voor het gehele werkveld kunnen vergroten en Esri daaraan een steentje kan bijdragen, dan zullen we dat niet nalaten. En op termijn heeft Esri daar ook weer baat bij.
Wat trekt je zo aan het onderwijs aan?
Na mijn eerste opleiding (HTS Kartografie) heb ik op een technische supportafdeling gewerkt en later ben ik marketingmanager bij Esri Nederland geworden. In de loop der tijd werd ik vaker gevraagd voor gastcolleges, waardoor ik me ging interesseren in pedagogiek en didactiek. Uiteindelijk heb ik mijn bevoegdheid (BKO) gehaald zodat ik regelmatiger in het onderwijs kon gaan werken dan alleen het geven van gastcolleges.
Je noemde het onderwijs een bron van vernieuwing. Waar liggen kansen op het gebied van geodata en onderwijs voor een bedrijf als Esri?
Geo-informatie is vaste prik bij grote onderwijsinstituten zoals de Universiteit Utrecht of de Rijksuniversiteit Groningen. Want hoe kun je met ruimtelijke onderwerpen bezig zijn zonder geografisch informatiesysteem? Tegenwoordig is datascience een veelbesproken onderwerp. Dat hangt heel nauw samen met geo-informatie. Als je kijkt naar de studierichtingen die puur zijn gericht op datascience, dan doen ze weleens iets met spatial information, maar er zou veel meer structuur in kunnen worden aangebracht. Verder liggen er kansen bij studierichtingen zoals commerciële economie en marketing, klimaat en assetmanagement.
En buiten het onderwijs, bijvoorbeeld in het bedrijfsleven?
Een belangrijke uitdaging is dat iedereen binnen een grote organisatie toegang krijgt tot technologie op het gebied van geodata. Niet zo lang geleden zaten GIS-afdelingen vaak verstopt in een hoek van een organisatie, nu heeft iedereen door de digitalisering de technologie binnen handbereik. Daarnaast liggen er grote kansen in ketens van samenwerkingen. Ik denk dat webtechnologie, zoals ArcGIS Online, die helpt die samenwerkingen te ondersteunen, enorm kan bijdragen aan het succes van gezamenlijke innovatietrajecten.
Tot slot, wat zou je studenten en lezers van DEGEOGRAAF.com willen meegeven?
Ik heb er altijd veel baat bij gehad mezelf te ontwikkelen in minimaal twee richtingen. Toen ik bij Esri aan de slag ging had ik zowel een technische GIS-achtergrond als marketingervaring. Na verloop van tijd zijn de onderwijsactiviteiten daar bijgekomen. En nog steeds probeer ik mezelf te ontwikkelen, komend halfjaar ga ik me onder meer toeleggen op het begeleiden van afstudeerders. Op die manier blijf je bijleren, want dat stopt niet na je studietijd. Het grote voordeel: je zit zelf meer aan het stuur van je leerproces dan tijdens je studie!
Jan Willem schrijft in zijn vrije tijd graag voor het geografie.nl. Hij zie geografie als een uitstekende basis voor een interessante loopbaan. Recent heeft hij meegeschreven aan een wetenschappelijk artikel en dat smaakte naar meer.